Opwinding in de kathedraal en geladen geweren onder het bed
Nadat vele jaren geleden cliënte Anna*op hoge leeftijd was overleden, was ik tezamen met haar vrienden en familieleden bij haar afscheid in de kathedraal van Menton. Een Belgische priester sprak ons toe met zo veel emotie dat het leek alsof hij Anna goed had gekend, wat niet het geval was. Ik had mij juist voorgenomen hem na afloop van de mis te danken voor zijn mooie woorden toen ik hem opeens ‘Je ne peux plus’ hoorde zeggen en in elkaar zag zakken. Samen met Anna’s halfbroer rende ik langs de kist en de grote brandende kaarsen om de priester op de grond te leggen.
De organist riep van boven dat zich achter het altaar een keuken bevond waar ik water kon vinden. Toen ik terugkwam met een fles riep hij heel hard: ‘Nee, niet die fles, dat is spiritus!’ Terwijl ik terugliep om water uit de kraan te halen hoorde ik sirenes die dichterbij kwamen.
De priester werd afgevoerd door de pompiers en de begrafenisondernemer sprak haastig een gebed uit en maakte een kruis met de wierookschaal, waarna ook de kist snel werd afgevoerd. Zelden heb ik zo’n vreemde dag meegemaakt! Het was net een film.
De volgende dag hoorde ik dat de priester een pacemaker had gekregen en gelukkig snel zou herstellen.
Het was een dag vol emoties, maar ik denk er met een glimlach aan terug omdat Anna’s halfbroer mij influisterde: ‘Ik weet zeker dat Anna in haar kist heeft gelachen …’.
Mijn tweede herinnering is aan Bert*, een oudere verwarde man. Op een dag vertelde Bert één van mijn collega’s trots dat hij geladen geweren onder zijn bed had liggen. Toen zij mij belde om te vragen wat te doen, kon ik maar één advies geven: ‘Niet meer naar binnen en de politie bellen!’ De politie was er snel, de geweren werden in beslag genomen en Bert werd overgebracht naar een psychiatrisch ziekenhuis.
Omdat Bert door voortschrijdende dementie de Franse taal steeds minder goed machtig was en in een gesloten afdeling verbleef, vereenzaamde hij. Tot onze verrassing bleek het vrij gemakkelijk om in Nederland een zorgindicatie te krijgen en een plaats voor hem te vinden in een verpleeghuis in Friesland, niet ver van familieleden. Wij waren er blij om dat wij dit voor hem hadden weten te regelen, maar kwamen al snel van de koude kermis thuis. Bert had daar namelijk hetzelfde probleem omdat hij geen Fries sprak! Daaraan hadden wij geen moment gedacht. Of het daardoor kwam of doordat hij steeds meer in de war raakte weten wij niet, maar Bert is in de tweede week van zijn verblijf een gevecht begonnen met een andere patiënt, die daarbij zijn heup brak. Zelf is hij daardoor zo uit zijn doen geraakt, dat hij kort daarna is overleden.
Een triest verhaal, maar ik moet bekennen dat ik ook aan deze ervaring met een glimlach terugdenk.
*Om privacy-redenen zijn de namen zijn fictief.